Op 18 mei 1970 trokken 10.000 mensen naar een sportpark in Geleen, waar iets ongekends gebeurde: het eerste Pinkpop-festival. Geen grote naam, geen internationale headliners — gewoon een groep enthousiaste Nederlanders die wilden laten horen dat popmuziek meer was dan een tijdelijke trend. Vandaag, 54 jaar later, trekt het festival elk jaar ruim 80.000 bezoekers naar Landgraaf, en is het de oudste ononderbroken popfestival ter wereld. Het verhaal? Niet alleen van muziek, maar van overleving, verandering en een gemeenschap die nooit wilde laten gaan.
Het begin: toen Pinkpop nog geen naam had
Het idee ontstond in 1969, toen Hans van Beers en Wim Wennekes een klein evenement genaamd ‘Pinknick’ planden op de Gulperberg — een talentenwedstrijd met een beetje popmuziek. Toen de plannen snel op slot gingen, besloten ze om het uit te bouwen tot een volwaardig festival, geïnspireerd door Monterey Pop. De naam ‘Pinkpop’ kwam van ‘Pinksteren’ — de christelijke feestdag waarop het eerste festival plaatsvond. En zo werd het een vast onderdeel van de Nederlandse lente.
De oprichters — ook Jan Smeets (geboren 1945) en Frits van Reysen — hadden geen idee wat ze aan het bouwen waren. Smeets, die eerder een fanclub had opgericht voor Peter Koelewijn na het horen van ‘Kom van dat dak af’, was de drijfveer achter de organisatie. De Stichting Buitengewone Producties werd opgericht om alles te regelen. De eerste headliner, Melanie, stopte op het laatste moment: een oorinfectie. De show moest doorgaan. En dat deed ze — met een andere naam, een andere energie, en een nieuwe traditie.
De schokken: toen het publiek tomatoes gooide
De tweede editie, in 1971, werd een moment dat nooit vergeten zou worden. De Nederlandse band Shocking Blue, net als de eerste Nederlandse groep die de Amerikaanse top 10 haalde met ‘Venus’, stond op het podium. Maar het publiek was niet onder de indruk. Ze werden uitgescholden als ‘kapitalisten’, en met rotten tomatoes bestookt. Het was geen gewoon ongemak — het was een politieke uiting. Nederland stond op zijn kop: de jongeren wilden niet alleen muziek, ze wilden een boodschap. Pinkpop was geen feest meer, het was een arena.
De jaren 70 brachten meer successen. In 1976 was het voor het eerst uitverkocht: 40.000 bezoekers. Camping werd geïntroduceerd. En het bleef uitverkocht — tot 1985. Toen kwam de crisis. De kosten stegen, de inkomsten daalden. De organisatie stond op de rand van een afgrond. De vraag was niet meer: ‘Kan het?’ Maar: ‘Moet het?’
De redding: Mojo Concerts en The Cure
De wending kwam in 1986. Mojo Concerts nam de organisatie over — maar niet zonder voorwaarden. Jan Smeets behield een vetorecht, maar de nieuwe ploeg had de leiding. Ze brachten vier veranderingen: een eindtijd later, een nieuw podium, en bovenal: grotere namen. De keuze? The Cure. Een Britse alternatieve rockband die in Nederland nog geen grote naam was. Maar het werkte. Het festival was opnieuw uitverkocht. Het was geen toeval. Het was een strategie: Pinkpop zou zich aanpassen — maar nooit opgeven.
De volgende stap? Verhuizing. In 1987 moest het festival tijdelijk naar Baarlo, omdat het sportpark in Geleen werd verbouwd. Maar de buurtbewoners weigerden een terugkeer. Toen kwam Megaland — het voormalige paardensportterrein in Landgraaf. Ruimte. Ruimte voor drie podia. Ruimte voor 100.000 mensen. Ruimte voor de toekomst.
Van één dag naar drie: de evolutie van een legende
In 1994 werd Pinkpop twee dagen. In 1996, bij de 27e editie, werd het drie dagen. De muziek veranderde ook. Van Golden Earring en Focus naar Pearl Jam, Rammstein en Metallica. In 2010 was Justin Bieber er. In 2018 stond Joost Klein op het podium. De lijst van artiesten is een spiegel van de popcultuur van 54 jaar. En toch: het gevoel is hetzelfde. De mensen komen niet voor de naam. Ze komen voor het moment.
Het aantal bezoekers sinds 1970? 3.000.795. Dat is bijna drie miljoen mensen die op een zondagmiddag in Limburg stonden, met zweet op het voorhoofd, met de zon op de rug, en met een liedje in het hart. Dat is geen cijfer. Dat is een collectieve herinnering.
De toekomst: tot 2040 en verder
Op 15 juni 2018 tekenden Pinkpop en de gemeente Landgraaf een contract voor twintig jaar. Het festival blijft tot 2040 op Megaland. Dat is geen gewone overeenkomst. Dat is een belofte. Een belofte aan de muziek, aan de fans, aan de lokale economie — en aan de toekomst.
De planning veranderde ook. Tot 2020 was Pinkpop altijd op Pinksteren. Maar toen de Europese festivalcultuur zich ontwikkelde, werd het logisch: het festival verplaatste zich naar het tweede weekend van juni. Nu past het perfect in de kalender van Europa. En dat is het geheim van Pinkpop: het past zich aan, maar blijft zichzelf.
Waarom Pinkpop nog steeds telt
Er zijn honderden festivals in Nederland. Maar Pinkpop is het enige dat sinds 1970 onafgebroken heeft doorgaan. Door oorlogen, pandemieën, economische crises. Door veranderingen in muziek, technologie, en maatschappij. Het is geen museum. Het is een levend wezen. Het publiek verandert. De bands veranderen. Maar de energie? Die blijft.
De eerste editie had een budget van 50.000 gulden. De laatste had een omzet van 25 miljoen euro. Maar de waarde? Die is niet te meten in cijfers. Het is de jongen van 17 die zijn ouders voor het eerst meeneemt. Het is de vrouw van 60 die nog steeds haar tent opzet. Het is de band die hier haar eerste grote show had. Het is de stad die hier haar identiteit vond.
Frequently Asked Questions
Hoe heeft Pinkpop de pandemie overleefd?
Tijdens de coronapandemie werden de edities van 2020 en 2021 afgelast, maar de organisatie bleef actief met digitale content en een ‘Pinkpop at Home’-reeks. In 2022 keerde het festival terug met een verminderd publiek en veiligheidsprotocollen. De trouwe fans bleven abonneren, en de sponsorrelaties werden behouden — een sleutelfactor voor de herstart.
Waarom bleef Jan Smeets betrokken na de overname door Mojo Concerts?
Smeets had de visie en passie die Pinkpop mogelijk maakten. Zijn vetorecht was een garantie dat de kernwaarden — lokale betrokkenheid, muzikale diversiteit en publieksgerichtheid — niet verloren gingen. Zijn aanwezigheid gaf het festival een zekere authenticiteit, iets wat commerciële partijen moeilijk kunnen imiteren.
Hoe belangrijk is Pinkpop voor de economie van Limburg?
Elk jaar brengt Pinkpop ongeveer 80 miljoen euro aan directe en indirecte opbrengsten naar de regio. Dat zijn hotels, restaurants, vervoer en lokale winkels. De gemeente Landgraaf rekent op het festival als een belangrijke economische motor — en investeert daarom in infrastructuur en logistiek.
Waarom kiezen moderne artiesten voor Pinkpop?
Pinkpop staat bekend om zijn loyaliteit aan artiesten: goede techniek, professionele organisatie en een publiek dat echt meedraagt. Veel bands, zoals Coldplay en Within Temptation, noemen het een ‘home away from home’. Het festival biedt ook een unieke kans om een nieuw album te promoten in een sfeer waar muziek nog steeds centraal staat — niet alleen marketing.
Is Pinkpop nog steeds een Nederlands festival, of is het te internationaal geworden?
Het is een internationaal festival met een Nederlandse ziel. Hoewel headliners vaak uit het buitenland komen, blijft de helft van de line-up Nederlands. Bands als Joost Klein, Armin van Buuren en Floor Jansen zijn net zo belangrijk als Metallica. Het evenement blijft een brug tussen lokale talenten en wereldwijde sterren — en dat maakt het uniek.
Wat maakt Pinkpop anders dan andere grote festivals zoals Tomorrowland of Lowlands?
Pinkpop is ouder, kleiner en minder commercieel. Er is geen ‘branding’-overdrijving, geen exclusieve VIP-gebieden, geen overweldigende lichtshow die de muziek verdringt. Het is een festival waar je nog steeds een gesprek kunt voeren met de band op het pad naar het podium. Dat authentieke gevoel is onbetaalbaar — en daarom blijft het bestaan.